Dossiers
1. Queergenealogie
Queer-identiteit wordt niet zomaar doorgegeven van ouder op kind. Waarom hoort het dan thuis op een website over genealogie? Laten we genealogie even ruimer bekijken. Voorbij de gebruikelijke familiale banden, naar netwerken en gekozen families. In dit hoofdstuk vertelt dr. Geertje Mak over de plekken waar je op zoek kan gaan naar sporen van queer voorouders.
Homoseksuele mannen noemden zichzelf vroeger bijvoorbeeld ‘van de familie’. Dat geeft aan dat queer personen hun eigen verwantschappen vormgaven. Ook zonder een bloedband of de mogelijkheid om te huwen.
In dit hoofdstuk:
Samenwonen
Het meeste kans om queergeschiedenis in archieven op te sporen, is waarschijnlijk via de bewonersgeschiedenis van huizen.
Dat kan je eventueel combineren met juridische of sociaal disciplinerende archieven. Sommige (kost)huizen worden daarin als ‘verdacht’ aangemerkt. En je kan er soms plekken vinden waar homoseksuele personen elkaar treffen.
Bij samenwonende vrouwen kan er een vermoeden van een queerrelatie zijn, maar vaak blijft het giswerk. Omdat samenwonen onder vrouwen historisch niet ongewoon is en omdat er verder meestal niets over hun seksleven wordt vermeld.
Crossdressing
De geschiedenis van vrouwen in mannenkleren is relatief goed gedocumenteerd. Of dat in die periode iets met identiteit van doen heeft, is de vraag.
Vrouwen verkleden zich als man om veiliger te reizen, de stad in te kunnen, achter een geliefde aan te gaan in het leger of op zee, om meer te verdienen, of omdat ze gewoonweg zin hebben in avontuur.
Zulke verhalen komen vaak naar voren in bronnen die vertellen over hun ontmaskering. Soms op een komische manier, maar soms ook met ernstige gevolgen zoals straffen of bedreigingen.
Mogelijke bronnen:
- Verslagen van de schout
- Politieverslagen
- Rechtbankdossiers
Mannen in vrouwenkleren duiken pas later duidelijk op in historische bronnen, omdat er dan een identiteitslabel aan wordt gehangen. De term ‘travestiet’ wordt ontwikkeld in wisselwerking met (vaak goedwillende) artsen en psychiaters.
Mannelijke vrouwen en lesbiennes worden daarentegen zelden als ‘travestiet’ bestempeld.
Maar zulke identiteitscategorieën zijn amper of nooit geregistreerd in formele registers.
Intersekse personen
Soms komt het voor dat iemand die bij geboorte als vrouw wordt geregistreerd, zich later lichamelijk tot man ontwikkelt (lees bijvoorbeeld het verhaal over intersekse wielrenner Willy De Bruyn). Het omgekeerde wordt minder vaak gedocumenteerd, althans tot ongeveer 1900 (waarna medische technieken verbeteren).
Bij twijfel testten vroedvrouwen het geslacht door te kijken of een baby voorwaarts kan plassen. Een onderontwikkelde penis, een gespleten balzak (die eruitziet als schaamlippen) of niet-ingedaalde testikels kunnen ervoor zorgen dat een kind bij geboorte als meisje wordt geregistreerd. Zo’n geslacht ziet er (bij kaarslicht in de bedstee, maar soms ook bij nauwkeurige inspectie) sterk uit als een vulva.
Soms leidt dat later tot een herziening van het geboorteregister. Zulke wijzigingen gaan gepaard met medische rapporten en gerechtelijke uitspraken. Met wat geluk kan je die terugvinden in archieven.
Auteur: dr. Geertje Mak (Universiteit van Amsterdam)